Met het heidendom bedoelen we de Germaanse spiritualiteit van onze voorouders. Hierbij speelde voorouderverering en connectie met goden die aan de natuur verbonden waren een belangrijke rol. Later ging deze verering onder druk van bekering over in een wat algemener geloof in geesten en demonen. Dat heeft zich voortgezet in het volksgeloof. Helaas werd hierdoor de oorspronkelijke spiritualiteit van de godencultus grotendeels vernietigd.
Onbegrepen heidense handelingen binnen een christelijk kader van geloofsbeleving
Er zijn veel bewegingen geweest in de breedte en in de diepte, ook het christelijk geloof komt voor een aanzienlijk deel voort uit de oosterse oudheid. In deze moderne tijd leven velen van ons in steden met overal kunstlicht en beton. Hierdoor zien we nauwelijks de sterren aan de hemel en voelen we veel minder de verbinding met de aarde. We voelen niet meer direct hoe afhankelijk ons leven is van de aarde en het voedsel dat de aarde ons geeft. We lopen door de supermarkt om in plastic verpakte producten in ons mandje te doen.
De Nederlandse boer ervaart de natuurlijke groeikracht
Maar de Nederlandse boer ervaart nog wel het verband tussen natuur en (over)leven. Hij/zij ervaart dat in gewassen die wel of niet ontkiemen en groeien, de dieren die wel of niet vruchtbaar zijn. Alles getuigt van een kracht die vanuit de natuur de mens beïnvloedt. Ook bij de heidense Germanen vinden we een vast geloof in deze natuurkracht die zich in een plant, een mens of dier openbaart. Elk element uit de natuur is bezield, dit noemen we animisme. Ieder mens was en is nog steeds precies dáár afhankelijk van. Er is meer nodig dat alleen kunstmest en de juiste antibiotica. En precies deze natuurkracht of mysterieuze groeikracht werd gezien als een kracht die je met magische handelingen in beheer kunt nemen. De heidense magie in oude volksgebruiken.
De groeikracht van graan
In het noorden van Nederland was het een gewoonte (o.a. in Staphorst) om als de melk niet goed wilde stremmen, een boosaardige heks de schuld te geven. Er werd vervolgens een roggekorrel in de melk gedaan. Dat een negatieve gebeurtenis toe werd geschreven aan een boosaardige heks heeft een christelijke oorsprong. De roggekorrel staat voor het toevoegen van natuurlijke mysterieuze groeikracht. Graan bevat deze groeikracht. Daarom zijn broodjes zoals paasbroodjes, de kerststol, de oliebollen nog steeds overblijfselen van wat eens een cultushandeling is geweest.
Vermenging heksendom en christelijk geloof
Vanuit de middeleeuwen werden heksen door het christendom gedemoniseerd, maar het (volks)geloof bleek onuitroeibaar. Nog relatief kort geleden, in 1918 kwam er in Opheusden een gezelschap bij elkaar om uit te zoeken wie er een 3 jarig ziek kind had behekst. Dat waren een bijbellezer, een Veenendaalse heksenmeester en een paar helpers. In het ritueel werden een zwarte kip (staat voor demonisch) en knuppels van Vlierhout (een boom waarvan met geloofde dat het demonen verjoeg) en de bijbel gebruikt. Maar goed, de heks die het kind schade aangebracht zou hebben, bleek onvindbaar. De conclusie was dat de bijbel dan niet deugde. Hier zie je nog een vermenging van het christelijk geloof in de duivel met het gebruik van magische voorwerpen.
Welke gebruiken zijn nog meer te linken naar het heidendom?
Is Carnaval een heidens feest?
Ook het Carnaval heeft een heidense oorsprong, bedoeld om de natuurkrachten van de lente weer op te wekken. Van oorsprong is het een omkeringsritueel dat in alle culturen van oost tot west werd gevierd met maskers. Onder invloed van het christendom heeft men in heel Europa geprobeerd heidense gewoontes te onderdrukken. In het jaar 1092 werd tijdens het concilie van Benevento besloten om heidense feesten en gewoonten een plaats te geven binnen het christendom. Later tijdens de reformatie kwam onder invloed van Johannes Calvijn (concilie van Trente 1545-1563) het carnaval weer onder vuur te liggen, waardoor het boven onze rivieren grotendeels verdween.
Is Pinksteren een heidens feest?
De viering van de Pinksterbloem valt onder dezelfde gebruiken als de Meikoning of de Meibruid. In Noord Holland werd dit ritueel in 1612 en 1646 verboden. Jonge dochters in het wit droegen een meisje, de Pinksterbloem, rond. Ze was omhangen met 20 zilveren tuigjes, 10 zilveren bellen, 3 beugeltassen. Ze droeg barnsteen, bloedkoraal en een zilver kommetje in de linkerhand waarin de giften van omstanders werden verzameld. Het rondvoeren van de Pinksterbloem gaat gepaard met het inzamelen van offers.
Claas Bruin, schrijver vroeg 18 eeuw zegt over de Pinksterbloem of Meibruid: “Zij stelt niet de vruchtbare natuur voor, zij is deze zelf”. Hier kun je opmaken dat er daadwerkelijk natuurkrachten werden opgeroepen. Driekoningen, Sint Maarten en Pasen laten hetzelfde zien. Tijdens de feesten van Driekoningen, Sint Maarten en Pasen wordt van oorsprong rondgegaan om een offer te vragen. Bijvoorbeeld brandstof voor het Paasvuur. Tijdens Pasen gingen kinderen in Brabant langs de deur met een liedje om paaseieren te verzamelen. In deze feesten kun je dus terug zien dat er aan de natuurgoden werd geofferd. Tijdens de rondgang werd onderstaand raadselachtig liedje gezongen in Nederland:
“Eén ei is geen ei
De tweede ei is een half ei
Het derde ei is een paasei”
Ook het rondgaan met Sint Maarten op 11 november is vragen om een offer.
En natuurlijk kerst
Al die lichtjes, de kerstboom, alle dingen die in de boom worden gehangen, is dat christelijk? Het eerste bericht over een kerstboom stamt uit 1605 in Straatsburg. Hier had men het over een tak die in de woonkamer werd neergezet en die werd behangen met appels en bladgoud. Vanuit daar verspreidde zich het gebruik door heel Europa. Maar is de kerstboom een oeroud gebruik dat terug gaat tot een ver heidens verleden? Wellicht gaat dit verder terug dan het modeverschijnsel in Straatsburg en stamt dit uit de tijd van onze Indo-Germaanse voorouders.
Want al heel vroeg werd er naar Noors en Vlaams gebruik tijdens de winterzonnewende een tak met de eerste knoppen binnen gezet. Dit als voorbereiding op het prettige idee dat de natuur weer in kracht gaat winnen om te groeien en te bloeien. Wellicht zijn de versierselen zoals kerstkransjes bedoeld om de natuurkracht met graan (zoals eerder in dit artikel genoemd) weer te bespoedigen. En staan de kerstballen symbool voor de geofferde appels. Tja en alle lichtjes met kerst, daarmee wordt het licht gevierd, de terugkeer van de zon.
Hoe dan ook, het is interessant om te kijken naar hoe het is gegaan in onze westerse cultuurontwikkeling. Welke gewoontes en gebruiken van onze heidense voorouders vinden we terug. Ik hoor weleens 'wij Nederlanders hebben geen cultuur”, dit is onzin, het tegenovergestelde is waar. Veel is ondergesneeuwd, maar als je het wil zien dan zie je het.